Persoonsvolgende financiering en correctiefase2: wat betekent dit voor de gebruikers?

Een groot deel van de gebruikers die reeds vóór 1 januari 2017 waren opgenomen in een voorziening, kreeg in oktober 2019 een brief van het VAPH 1 met daarin de gegevens van hun nieuwe persoonsvolgend budget. Soms was dat budget verhoogd, bij een meerderheid was het verlaagd. Er ontstond dan ook een groot ongenoegen over de ‘correctiefase 2’ die uitging van het VAPH. Waarom werd deze budgetcorrectie doorgevoerd en wat zijn de gevolgen voor de gebruikers en de voorzieningen?

Voor de gebruikers

Met de invoering van de persoonsvolgende financiering (PVF) en het persoonsvolgend budget (PVB) krijgen personen met een handicap en hun sociaal netwerk meer inspraak over de regie van de zorg die zij nodig hebben. Dat is zeker positief. Ook het principe waarbij iedere gebruiker met dezelfde zorgnoden over een gelijk zorgbudget beschikt, is belangrijk. Dit principe leidde tot de invoering van de zogenaamde ‘correctiefase 2’. Het was de bedoeling om de zogenaamde ‘historische’ verschillen die in de loop der (tientallen) jaren ontstaan zijn, weg te werken. Toch hebben velen het gevoel dat er met de grove borstel doorheen gegaan is.

Voor de gebruikers is het zeer belangrijk dat de zorggarantie en de zorgkwaliteit gewaarborgd blijven. Iedere gebruiker moet zoals voorheen op dezelfde zorg kunnen rekenen. Ook zij die sinds 1 januari 2017, in de geest van het persoonsvolgend budget, hun individuele dienstverleningsovereenkomst (IDO) met de voorziening gewijzigd hebben of andere keuzes – buiten de voorziening – gemaakt hebben, moeten kunnen genieten van een vorm van zorggarantie.

Gelijke budgetten voor gelijke zorgnoden: volledig akkoord. Maar tegelijkertijd werden ook de budgetcategorieën hervormd: er kwamen meerderheid categorieën en kleinere stappen in budgetgrootte. Dit kan leiden tot een lager budget voor bepaalde doelgroepen, met het gevaar dat de ondersteuning toch onder druk komt te staan.

Voor de voorzieningen

Is die gevraagde waarborg van de zorgkwaliteit door de voorzieningen te realiseren met een verlaging van het budget? Kunnen de voorzieningen, die in het verleden de zorg voor de hen toevertrouwde personen zeer ter harte hebben genomen, de zorggarantie voor de gebruikers en de goede werking van hun sociale onderneming blijven garanderen? De toegepaste correctiefase heeft immers een directe impact op de budgetten die de voorzieningen ontvangen via de gebruikers. Het wordt voor hen een hele opgave om gepast te reageren.

Bovenop deze besparingen – en dat geldt voor alle voorzieningen – komt er nog een besparing op de organisatiegebonden budgetten die het VAPH verleent. Een pijnlijke boodschap die de nieuwe Vlaamse Regering in het regeerakkoord heeft ingeschreven.

Tot slot

De hierboven geschetste problematiek werd met directeur Jan uitvoerig besproken in onze gebruikersraad, een uitstekende vorm van “collectief overleg”. Graag maken wij van de gelegenheid gebruik om nogmaals een oproep te doen voor meer vertegenwoordigers van de kinderen- en jongerenwerking. Ook voor die groep van zorgvragers is een vorm van persoonsvolgende financiering op komst en dan zal collectief overleg meer dan nodig zijn.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven